Veel vogels gaan stilaan op zoek naar de perfecte broedplek voor de lente. Het is dus nu hét moment om een nestkastje op te hangen in de tuin. Maar waar hang je dat nu best op? En welke nestkast is nu voor welke vogel? En hoe zit dat qua onderhoud? Wij bundelen alvast al onze tips en tricks in deze blogpost.
Welke nestkast kiezen?
Nestkastjes heb je in allerlei soorten en maten en dat is natuurlijk met een reden. Ze zijn op maat gemaakt voor elke vogelsoort. Kijk dus eerst eens goed rond in je tuin en ontdek welke vogelsoorten er in je tuin voorkomen. Belangrijk is vooral de invliegopening van je nestkastje. Een merel past tenslotte niet door het deurtje van een roodborstje. Een winterkoninkje, roodborstje en merel verkiezen een halfopen nestkast als broedplek. Die hebben geen rond gaatje, maar een grotere invliegopening. Koolmeesjes, pimpelmeesjes en mussen hebben dan weer liever een kleinere invliegopening van zo’n 2,8 cm tot 3,5 cm.
Waar ophangen?
- De beste plek om je nestkast op te hangen is op een rustige plek uit de volle zon, op zo’n 2 tot 5m van de grond.
- Houd de aanvliegroute naar je kastje goed vrij zodat er geen belemmering is van takken of bladeren.
- Halfopen kasten mag je wel in de begroeiing plaatsen, dan zitten de diertjes wat meer beschut.
- Richt de invliegopening naar het oosten, zuiden of zuidoosten.
- Hang je meerdere kasten op? Plaats ze dan zeker niet te dicht bij elkaar. Huisjes voor verschillende vogelsoorten plaats je minstens 3m uit elkaar. Huisjes voor dezelfde vogelsoorten minstens 10m.
Hoe onderhouden?
Laat je nestkast gerust het hele jaar door hangen in je tuin. Sommige vogels brengen er graag de winter in door. Het is wel raadzaam om de nestkast één per jaar schoon te maken. Dat doe je best wanneer de jonge vogeltjes zijn uitgevlogen. Best wacht je tot het najaar, want sommige vogels vliegen later uit dan anderen.
Haal het oude nestmateriaal weg en maak je nestkast proper met heet water en een borsteltje. Gebruik zeker geen chemische schoonmaakmiddelen! Heet water is voldoende om alle bacteriën, vlooien en ander ongedierte te doden. Hang het nestkastje vervolgens weer leeg op en voorzien in je tuin wat materiaal waarmee de vogels zelf aan de slag kunnen om hun eigen nestje te bouwen. Denk hierbij aan takjes en twijgjes, bladafval, wol, veren,… Superleuk om te zien met welke zaken de vogels door je tuin vliegen om hun nestje te maken.